De Russische Revolutie van 1917 was een van de meest invloedrijke gebeurtenissen van de moderne geschiedenis. Het leidde tot de val van het tsaristische regime, de opkomst van het communisme en de oprichting van de Sovjet-Unie. Deze revolutionaire beweging had verstrekkende gevolgen voor de wereld, met invloed op de wereldpolitiek, economie, en de sociale structuren.
1. De Russische Revolutie bestond uit twee grote opstanden
De Russische Revolutie bestond uit twee belangrijke gebeurtenissen: de Februarirevolutie en de Oktoberrevolutie. De Februarirevolutie vond plaats in maart 1917 (volgens de Gregoriaanse kalender) en leidde tot de abdicatie van tsaar Nicolaas II. De Oktoberrevolutie vond later dat jaar plaats, waarbij de bolsjewieken onder leiding van Vladimir Lenin de macht grepen.
2. De Februarirevolutie begon door voedseltekorten

De Februarirevolutie werd mede veroorzaakt door voedseltekorten en extreme armoede onder de Russische bevolking. Tijdens de Eerste Wereldoorlog was Rusland in een economische crisis beland, met wijdverbreide hongersnood en stakingen. In februari 1917 (maart volgens de westerse kalender) kwamen arbeiders in Petrograd (het huidige Sint-Petersburg) in opstand, wat leidde tot grootschalige demonstraties en de val van het tsaristische regime.
3. Tsaar Nicolaas II abdiceerde na de Februarirevolutie
Tsaar Nicolaas II, de laatste keizer van Rusland, werd gedwongen om af te treden in de nasleep van de Februarirevolutie. Hij deed dit op 15 maart 1917, wat een einde maakte aan de meer dan 300 jaar durende heerschappij van het Huis Romanov. Na zijn abdicatie werd een voorlopige regering gevormd, maar deze zou niet lang aan de macht blijven.
4. De bolsjewieken werden geleid door Vladimir Lenin
De bolsjewieken, een revolutionaire marxistische partij, werden geleid door Vladimir Lenin. Na jaren in ballingschap keerde Lenin in april 1917 terug naar Rusland met behulp van de Duitsers, die hoopten dat hij de oorlogsinspanning van Rusland zou verzwakken. Lenin en de bolsjewieken pleitten voor “alle macht aan de sovjets” en wilden de macht van de Voorlopige Regering omverwerpen.
5. Lenin gebruikte de slogans ‘Vrede, Land en Brood’
Een van de krachtigste en meest effectieve politieke slogans die door Lenin en de bolsjewieken werd gebruikt, was “Vrede, Land en Brood”. Deze leus sloeg aan bij de Russische arbeiders en boeren die wanhopig waren na jaren van oorlog, hongersnood en landonteigening. De belofte van vrede (einde van de oorlog), landhervorming (herverdeling van land) en voedselvoorziening maakte de bolsjewieken populair bij het volk.
6. De Oktoberrevolutie was een bijna bloedeloze staatsgreep

In tegenstelling tot de Februarirevolutie, die gepaard ging met massale protesten en geweld, was de Oktoberrevolutie relatief vreedzaam. Op 25 oktober 1917 (7 november volgens de Gregoriaanse kalender) grepen de bolsjewieken de macht in Petrograd door het Winterpaleis in te nemen, waar de Voorlopige Regering was gevestigd. De bolsjewieken namen de controle over zonder veel bloedvergieten.
7. De Oktoberrevolutie werd deels gefinancierd door Duitsland
Ironisch genoeg werd de bolsjewistische revolutie mede mogelijk gemaakt door Duitsland, een vijand van Rusland in de Eerste Wereldoorlog. De Duitsers hielpen Lenin terug te keren naar Rusland in de hoop dat zijn revolutie de oorlogsinspanning van Rusland zou verzwakken. Dit plan werkte: kort na de machtsovername begonnen de bolsjewieken vredesonderhandelingen met Duitsland.
8. De Sovjet-Unie werd in 1922 opgericht
Hoewel de Oktoberrevolutie in 1917 plaatsvond, duurde het nog vijf jaar voordat de Sovjet-Unie officieel werd opgericht. Na de revolutie volgde een burgeroorlog tussen de bolsjewieken (Rode Leger) en hun tegenstanders, de Witte Leger. Pas in 1922 werd de Sovjet-Unie officieel opgericht, met Lenin als de eerste leider.
9. De Russische Revolutie leidde tot een bloedige burgeroorlog
Na de bolsjewistische machtsovername brak er een bloedige burgeroorlog uit tussen het Rode Leger, dat de bolsjewieken steunde, en het Witte Leger, dat bestond uit monarchisten, liberalen en andere tegenstanders van de bolsjewieken. De burgeroorlog duurde van 1917 tot 1923 en resulteerde in miljoenen doden en de verwoesting van grote delen van Rusland.
10. De Romanov-familie werd geëxecuteerd in 1918
Na hun afzetting werden tsaar Nicolaas II en zijn familie gevangen gezet door de bolsjewieken. In 1918 werden Nicolaas, zijn vrouw Alexandra, hun vijf kinderen en enkele bedienden geëxecuteerd in de kelder van het Ipatiev-huis in Jekaterinenburg. De dood van de Romanovs maakte definitief een einde aan de monarchie in Rusland.
11. De rol van de sovjets was cruciaal
De sovjets (raden van arbeiders en soldaten) speelden een cruciale rol in de Russische Revolutie. Deze lokale raden ontstonden tijdens de Februarirevolutie als zelfgeorganiseerde gemeenschappen en werden al snel het centrum van politieke macht. Lenin en de bolsjewieken riepen op tot “alle macht aan de sovjets” als alternatief voor de Voorlopige Regering.
12. Het Verdrag van Brest-Litovsk beëindigde de Russische betrokkenheid bij de Eerste Wereldoorlog
Kort na de Oktoberrevolutie sloten de bolsjewieken het Verdrag van Brest-Litovsk met de Duitsers in maart 1918. Hiermee trok Rusland zich terug uit de Eerste Wereldoorlog. Hoewel het verdrag Rusland een aanzienlijke hoeveelheid land en grondstoffen kostte, gaf het Lenin de kans om zich te concentreren op het consolideren van de bolsjewistische macht.
13. De Bolsjewieken veranderden Rusland in een communistische staat
Na de overwinning van de bolsjewieken in de burgeroorlog, transformeerden ze Rusland in een communistische staat. Dit betekende de collectivisatie van landbouw, nationalisatie van industrieën en de afschaffing van privé-eigendom. De nieuwe bolsjewistische regering wilde een klassenloze maatschappij creëren, gebaseerd op de marxistische leer.
14. De Russische Revolutie had een wereldwijde impact
De Russische Revolutie had een wereldwijde impact en inspireerde communistische bewegingen in andere landen. Het succes van de bolsjewieken leidde tot een golf van revolutionaire activiteiten in Europa en Azië, waaronder de Duitse Spartacusopstand in 1919 en de Chinese communistische beweging onder leiding van Mao Zedong. Het was ook een katalysator voor de oprichting van communistische partijen in veel andere landen.
15. Lenin introduceerde het ‘Rode Terreur’-beleid
In reactie op de toenemende oppositie na de revolutie introduceerden Lenin en de bolsjewieken het beleid van de Rode Terreur in 1918. Dit was een gewelddadige onderdrukking van tegenstanders van de revolutie, waarbij duizenden mensen werden geëxecuteerd of gevangengezet. De Cheka, de geheime politie van de bolsjewieken, speelde een belangrijke rol in deze campagne.
16. De Nieuwe Economische Politiek (NEP) was een tijdelijke terugkeer naar kapitalisme
Na de chaos van de revolutie en burgeroorlog introduceerde Lenin in 1921 de Nieuwe Economische Politiek (NEP), die beperkte vormen van kapitalisme toestond om de door oorlog geteisterde economie te herstellen. Kleine bedrijven mochten weer winst maken en boeren kregen meer controle over hun productie. Hoewel het in strijd was met het communistische ideaal, hielp het de economie tijdelijk te stabiliseren.
17. Lenin’s gezondheid verslechterde snel na de revolutie
Na de revolutie en de burgeroorlog verslechterde de gezondheid van Lenin snel. Hij kreeg in 1922 zijn eerste beroerte en raakte in 1924 gedeeltelijk verlamd. Lenin stierf in januari 1924, wat een machtsvacuüm achterliet in de communistische partij en de weg vrijmaakte voor Jozef Stalin om de macht over te nemen.
18. De Russische Revolutie was de voorbode van de Koude Oorlog
Hoewel de Russische Revolutie in 1917 plaatsvond, legde het de basis voor de Koude Oorlog, die later in de 20e eeuw tussen de Sovjet-Unie en het westen zou uitbreken. De opkomst van een communistische staat zorgde voor een ideologische kloof tussen het kapitalistische westen en het communistische oosten, die zou uitmonden in tientallen jaren van spanning en conflict.